Materiaal en Techniek » Vermeer

Vermeer

Loodwit en loodtinwit van Vermeer

Op de tentoonstelling met het werk van Vermeer waren twee, thans, verboden kleuren te zien. Het loodwit en het loodtingeel. Beiden zijn giftig. Loodtingeel is niet meer te koop voor mensen die hobbymatig schilderen.
Een vervanger van loodwit is te krijgen onder de naam Cremnitzwit.  Cremnitz is de naam van een stad in Duitsland waar het pigment werd gemaakt.
Het echte loodtint koop je bij Schleiper. Voor 119ml loodwit betaal je iets minder dan € 90,-. Het heet daar Flakewit, ik ben het ook wel eens onder de naam Loodwit tegengekomen.

Leuk om te weten
Bij “het Melkmeisje” is de onderarm bruin, de bovenarm blank. Buiten de deur mocht zij niet met opgerolde mouwen lopen, dat was niet netjes.

“Het meisje met de parel” (Mauritshuis) kreeg haar naam pas in 1995. Toen veranderde het Mauritshuis de naam “het meisje met de blauwe tulband” in “het meisje met de parel” . In 1881 werd het schilderij voor maar twee gulden dertig op een veiling in het Venduehuis in Den Haag verkocht.  Twee buurmannen hadden het vermoeden dat het schilderij van Vermeer was en besloten niet tegen elkaar op te bieden. Andries des Tombe tikte het voor een prikkie op de kop en zou het later aan het Mauritshuis schenken. Nu is het schilderij letterlijk onbetaalbaar.


Loodwit
Loodwit is een wit pigment dat tot betrekkelijk recente datum in grote hoeveelheden gebruikt werd in kunst- en huisschildersverven, in pleisters en plamuren en in het loodglazuur voor aardewerk. Tot in de negentiende eeuw was loodwit het enige dekkende witte pigment dat beschikbaar was en het enige witte pigment dat zich goed tot een olieverf liet verwerken. Het verbruik van loodwit binnen de verschillende cultuurstaten was dan ook aanzienlijk. Aan het einde van de achttiende eeuw voerde alleen al Frankrijk jaarlijks ongeveer een miljoen kilo loodwit in, dat grotendeels uit Nederland kwam. Dat Nederland toen de belangrijkste loodwitleverancier was voor Franse schilders en aardewerkfabrieken was een feit dat niet op zichzelf stond. Reeds vanaf het begin van de zeventiende eeuw domineerden de Nederlandse loodwitfabrieken de internationale markt. Dit kwam niet alleen door de bloei van de Hollandse handel in het algemeen, maar ook door de uitvinding en toepassing van een geperfectioneerde wijze van loodwitproduktie, die in binnen- en buitenland als het ‘Hollandse procédé’  bekend stond.

Het pigment maken
De traditionele methode wordt “het stapelproces” genoemd. De “stapel” bestaat uit honderden of duizenden aardewerk potten met azijn en lood, ingebed in gistende bruinbast of mest. Ze zijn zo gevormd dat azijn en lood gescheiden zijn, maar het lood wordt nog steeds blootgesteld aan de dampen van de azijn, door te worden opgerold in een spiraal die op een richel in de pot staat, boven de bron van azijn in de bodem . Het wordt dan losjes bedekt met een raster van lood, dat voorkomt dat de kleur naar binnen valt, waardoor het koolstofdioxide gevormd door het vergisten van de kleurtint de pot binnenkomt en inwerkt op de spoelen en platen van lood met de dampen van azijn en vocht . Een dikke laag tan wordt uitgespreid op de grond: de bodem van de kuil, en de potten met lood en azijn worden opgesteld, bedekt met hun loodsroosters. Er wordt meer bruining overheen gelegd en dan meestal een losse vloer van planken, gevolgd door meer potten, meer bruining, enzovoort, totdat alle potten zijn ingegraven. Oud bruin dat gedeeltelijk is opgebruikt, blijft in bepaalde verhoudingen voldoende warmte vasthouden. De hitte, vocht, azijnzuurdamp en kooldioxide doen hun werk een maand of zo, en de stapels worden gedemonteerd. De metalen leiding op dit punt is grotendeels omgezet in een korst van witte lood op de spoelen en het rooster. Deze worden vervolgens gescheiden van het niet-omgezette metaal en gewassen vrij van zure en oplosbare zouten en gemalen voor toekomstig gebruik bij het verven.

Lood is een gif dat een ongeneeslijke vorm van loodvergiftiging opbouwt door dag na dag een beetje stof van wit lood in te ademen.  Middeleeuwse schrijvers waarschuwen voor de gevaren van apoplexie, epilepsie en verlamming, die gepaard gaan met blootstelling aan lood. Loodwit wordt donkerder in de aanwezigheid van zwavel en mag daarom niet worden gebruikt in combinatie met cadmiumkleuren of Frans ultramarijn.

Loodwit is de warmste onder de witten en heeft een korte droogtijd door de droogwerking van het loodpigment op de olie. Dit maakt loodwit met name waardevol voor schilders die een relatief snelle droogtijd nodig hebben voor onderschildering of Alla Prima-technieken.
Het pigment is te koop bij de Labshop, de groothandel voor restaurateurs en kunstschilders. Inschrijving Kamer van Koophandel verplicht.

Loodtingeel
Het loodtingeel zie je bijvoorbeeld in de gele blouse van het melkmeisje of in het geel van het meisje met de parel. Ik heb  op het atelier al veel meisjes met de parel zien sneuvelen, omdat het geel met niets anders is te maken dan met het loodtintgeel. De latere vervanger, het Napelsgeel heeft toch niet die kleurkracht als het loodtintgeel van Vermeer.

 In de 17e eeuw werd loodtingeel vervaardigd door 3 delen loodoxide met 1deel tinoxide te verwarmen op ca 850 graden C. Iets verlagen of verhogen van de temperatuur produceert verschillende tinten geel, variërend van meer oranjeachtig tot een meer citroengele tint.

Rond 1800 werd het grotendeels werd vervangen door Napelsgeel. Er zijn twee verschillende varianten bekend,  het Napelsgeel geel en het Napelsgeel rood. Beide werden vroeger gemaakt door lood en tinoxiden samen te laten smelten in een oven. Bij de ene soort, Napelsgeel rood,  wordt zand (siliciumdioxide) toegevoegd.

Ook voor loodtingeel geldt dat het uiterst giftig is. Het is als pigment te koop bij de labshop

Bronnen: de Labshop, het Hofkwartier, Wikipedia.